Welkom!
Welkom
MONTESSORI STUDIECENTRUM
is een toonaangevende en professionele leergemeenschap voor Montessori onderwijs waar kennis wordt ontwikkeld, gedeeld en verspreid. Het doel is dienend te zijn aan onderwijsgevenden ten behoeve van de ontwikkeling van de leerlingen vanuit het gedachtegoed van Maria Montessori.
Trainingen en cursussen voor leraren, schoolleiders en onderwijs-ondersteunend personeel worden verzorgd in het studiecentrum, op M.S.A scholen en op externe locaties. Voor ervaren leraren geven we de tweejarige post-hbo opleiding “Leergang Montessori Meesterschap” (LMM).
De leergang is landelijk erkend door het Centrum voor Post Initieel Onderwijs Nederland (CPION) en internationaal door de Association Montessori Internationale (AMI).
Op dit moment wordt er binnen de NMV een kwaliteitskader ontwikkeld.
Uiteindelijk is het de bedoeling dat onze trainingen/cursussen en opleidingen worden geaccrediteerd door de NMV.
Het studiecentrum heeft professionele montessoritrainers en coaches die naast het geven van cursussen, trainingen en opleidingen kunnen worden ingezet voor kleine groepen of individuele begeleidingstrajecten op de scholen.
Het studiecentrum is een platform voor onderwijsvraagstukken waar docenten, vaksecties, deelscholen en scholen terecht kunnen voor consultatie, coaching, training en montessori-onderwijsontwikkeling en onderwijsontwerp. Er is de mogelijkheid om elkaar te ontmoeten om kennis, expertise en informatie uit te wisselen en met elkaar in gesprek te gaan.
Daarnaast biedt het centrum gelegenheid om lezingen te verzorgen. Er is een ruim gesorteerde onderwijs (montessori) bibliotheek aanwezig. Tevens zijn er montessorimaterialen om te bekijken en je te laten inspireren.
Maria Montessori
Section 1.10.33 of “de Finibus Bonorum et Malorum”, written by Cicero in 45 BC
“At vero eos et accusamus et iusto odio dignissimos ducimus qui blanditiis praesentium voluptatum deleniti atque corrupti quos dolores et quas molestias excepturi sint occaecati cupiditate non provident, similique sunt in culpa qui officia deserunt mollitia animi, id est laborum et dolorum fuga. Et harum quidem rerum facilis est et expedita distinctio. Nam libero tempore, cum soluta nobis est eligendi optio cumque nihil impedit quo minus id quod maxime placeat facere possimus, omnis voluptas assumenda est, omnis dolor repellendus. Temporibus autem quibusdam et aut officiis debitis aut rerum necessitatibus saepe eveniet ut et voluptates repudiandae sint et molestiae non recusandae. Itaque earum rerum hic tenetur a sapiente delectus, ut aut reiciendis voluptatibus maiores alias consequatur aut perferendis doloribus asperiores repellat.”
Montessori Onderwijs
Leeftijd van drie tot achtien jaar
“Het meest opmerkelijke kenmerk van het Montessori-curriculum is dat we, uniek in Nederland, continu onderwijs aanbieden van de leeftijd van drie tot achttien jaar, waardoor we drie belangrijke fasen van de ontwikkeling van het kind bestrijken. In het Montessorionderwijs volgen we het kind in plaats van het leerplan. Kleuter-, basis- en voortgezet onderwijs zijn geïntegreerd in een poging een naadloze overgang van de ene groeiperiode naar de volgende te bewerkstelligen. In tegenstelling tot de bevindingen uit psychologisch onderzoek dat de groei van kinderen in verschillende perioden kan worden verdeeld, zijn onze klaslokalen niet gepland op basis van cijfers. Ze zijn opgebouwd rond brede leeftijdsgroepen, die elk worden gekenmerkt door een unieke focus op de emotionele en intellectuele ontwikkeling van het kind binnen de leeftijdsgroep.”
De groepen op onze school omvatten kinderen in hun ontwikkelingsfase. In de leeftijdsgroep 6-9 jaar bevat de klas bijvoorbeeld leerlingen uit de groepen 3, 4 en 5
Voor de eerste levensjaren dr. Maria Montessori beschrijft al veel kansen voor de ouders om hun jonge kinderen de kans te geven de intrinsieke drang om te leren en zich te ontwikkelen te laten zien. De innerlijke leider, natuurlijke spirituele onschuld en openheid voor de wereld moeten op een gezonde manier worden gevormd in dit stadium van gehechtheid aan ouders en anderen die van het kind houden. Ook al biedt de GMCSA geen onderwijs voor deze leeftijd, toch moedigen wij ouders aan om de jaren van wat Montessori het ‘spirituele embryo’ noemt, met ijverig doel te benaderen.
De ontwikkelingspsychologie laat zien dat deze vroege jaren in de relatie tussen de jonggeborenen en de wereld om hen heen een groot verschil maken in het latere leven. Het opvoeden van kinderen in een omgeving die de ontwikkeling van echte autonomie stimuleert, zelfs als het kind nog volledig afhankelijk is van de ouders of verzorgers, vereist luister- en observatievaardigheden en een voorbereide omgeving. Montessori erkent dat ouders vaak een opvoedingstraject zoeken dat hen zelf of slechts gedeeltelijk wordt aangeboden. Om deze reden is er training en coaching beschikbaar voor nieuwe ouders. Ieder kind heeft alles wat nodig is om te gedijen in het Montessorionderwijs. Het is echter vaak de ouder die vaardigheden en mentaliteit moet ontwikkelen en misschien zelfs dingen moet afleren, wat een grote impact heeft als uw kind Montessori-onderwijs volgt. Als zodanig is het Montessorionderwijs een systeem dat op unieke wijze de driehoek Kind-School-Thuis eert, want wij staan allemaal ten dienste van het ontwikkelingsproces van het kind.
Het MSC zou bepaalde kleuterscholen kunnen aanbevelen die werken met de principes van Montessori
De leeftijdsgroep 3 tot en met 6 jaar (groep 1 en 2) noemt Montessori de ‘bouwer van de mensheid’ en is een gevoelige periode waarin het jonge kind vermogens ontwikkelt, zoals motoriek en spraak. De onderwijsomgeving helpt het kind bijvoorbeeld interesses te volgen en activiteiten te kiezen. Kinderen ontwikkelen gesproken taal, lezen en schrijven, maar ook activiteiten die weerspiegeld zullen worden in volgende vakken zoals kunst, biologie, geschiedenis enzovoort.
Meer tekst zal volgen door getrainde experts over deze periode in de volgende ontwikkelingsfase van de school.
De leeftijdsgroep van 6 tot 9 jaar (groep 3, 4 en 5), noemt Montessori de ‘ontdekkingsreiziger’ en is een geweldige periode in de ontwikkeling van het jonge kind. De intrinsieke motivatie om te leren wordt moeiteloos gestimuleerd en zelfregulering is een mentaliteit die voor het jonge kind vanzelfsprekend is. De volwassene moet voorzichtig te werk gaan om een omgeving van groei en stimulatie te creëren, zonder het verlangen om de wereld om zich heen te verkennen en te verkennen in de weg te staan.
De focus ligt op het maximaliseren van de verkenning van de wereld, creativiteit en zelfstandig leren. De educatieve omgeving moedigt het beschrijven en presenteren van ontdekkingen aan. Kleine reizen naar de echte wereld helpen studenten de samenhang te ontdekken tussen vakken als wiskunde, natuurwetenschappen, aardrijkskunde, muziek enzovoort. Wetenschapsprojecten zijn gericht op toegepaste verkenning. De muzikale, artistieke en sportieve ontwikkeling wordt in deze periode gestimuleerd om een bredere kijk op de wereld te bieden. Op deze manier krijgt het kind de kans om talenten te ontdekken en de discipline te ontwikkelen om dat talent door het plezier van leren om te zetten in vaardigheden.
De leeftijdsgroep van 9 tot 12 jaar (vorm 6, 7 en 8) waarnaar Montessori verwijst als ‘de wetenschapper’ en de nadruk ligt op het uitdagen van de verbeeldingskracht van de leerlingen om de wereld te modelleren en te analyseren. Jonge studenten willen natuurlijk het binnenste van buiten kennen. Hoe werkt het, wat doet het, waarom doet het, wat doet het?
Onderwerpen zijn met elkaar verweven en krijgen toch individuele diepgang. De educatieve omgeving moedigt studenten aan om kosmisch onderwijs op elk niveau te ervaren, waarbij ze het universum zien als een plek voor wetenschap, spiritualiteit, het ontwikkelen van principes en normen, relaties, connectiviteit en eindeloze raadsels waarvoor een nieuwe generatie wetenschappers nodig is.
In de leeftijdsgroep van 12 tot 15 jaar (groep 9 en 10) groeit de jonge tiener langzaam uit tot wat Montessori ‘de sociale organisator’ noemt. Voor de buitenwereld lijkt het erop dat nogal wat studenten in deze fase minder interesse lijken te hebben in leren om het leren. Vrienden, sociale ontwikkeling en het zetten van de eerste ongeleide stappen in de grote wereld vragen een aanzienlijke hoeveelheid aandacht van de jongere. De focus in het curriculum verschuift naar zelfstandig, gepersonaliseerd leren in combinatie met sociaal leren. De rol van de leraar is een inspirator, coach, waarnemer en onderwijsontwerper om de omgeving te creëren waarin de leerling kan gedijen. Taakgebaseerd leren en Projectgebaseerd leren komen meer voor in het programma en de studenten krijgen de ruimte om in te spelen op de sterke punten van deze ontwikkelingsfase, terwijl ze leren omgaan met de uitdagingen van de eerste stappen naar volwassenheid. Landbouw, tuinwerk en andere op de natuur gebaseerde activiteiten maken deel uit van het curriculum om jongeren te helpen hun plek in het ecosysteem te vinden, te leren over groei en ontwikkeling en hun verantwoordelijkheid ten opzichte van de natuur, en om zich metaforisch bewust te worden van het feit dat ze de schepper van hun eigen land zijn. leven.
De student wordt de organisator in de onderwijsomgeving en verwerft leervaardigheden zoals plannen, disciplineren, ontdekken en verkennen van iemands talenten. Adolescenten kunnen grote emotionele en cognitieve sprongen maken terwijl ze ideeën en waarden integreren in samenhang met actuele gebeurtenissen, het gezinsleven of gemeenschapsactiviteiten. Jongens en meisjes benaderen deze periode vaak op heel verschillende manieren.
De leeftijdsgroep van 15 tot 18 jaar (vorm 11 tot 13 jaar) waarnaar Montessori verwijst als ‘de maatschappelijk werker’ en een duidelijke stap in de ontwikkeling van de inmiddels adolescent. Vanuit een klein sociaal netwerk en de bijwerkingen van de puberteit groeit de tiener naar het vinden van zijn plek in de wereld. Er wordt nagedacht over carrières, de oriëntatie wordt verkend en capaciteiten en talenten worden verder onderzocht. Keuzes worden gemaakt en experimenten, soms onbewust, ontworpen door de adolescent om te zien hoe de wereld voor hem of haar werkt. Het is tijd om je plek in de wereld te vinden en in te nemen. Deze gevoelige periode is, mits goed begeleid, een echte kans om een poging te wagen om een betere wereld te creëren dan de wereld waarin ze zijn opgegroeid. Ze kunnen op de schouders van de ouders en leraren staan en dingen leren waar onze generatie langer over deed om te leren .
Het programma draait om het consolideren van eerder ontwikkelde vaardigheden. Het ontwikkelen van persoonlijkheid, kennis en vaardigheden, gemeenschapsactiviteiten en deeltijdbanen anticiperen op economische onafhankelijkheid, op zoek naar een beroep in de latere stadia van hun carrière en burgerschap. Studenten zijn verplicht om vrijwilligerswerk/stages te doen binnen en buiten de school. De academische omgeving richt zich op het ontwikkelen van een geëngageerde, op bewijs gebaseerde kritische benadering van de onderwerpen die nodig zijn voor volgende examens. De meeste onderwerpen worden gepresenteerd in een context die relevant is voor het echte leven en voor post-middelbaar onderwijs.
In het laatste jaar (17-18 jaar) verandert de status van de student in FOY Student (Fly Out Year). Dit betekent dat hun focus vooral ligt op de voorbereiding op examens, carrière, onderwijskeuzes en persoonlijke ontwikkeling die nodig zijn om na de middelbare school op eigen benen te kunnen staan. FOY Leerlingen nemen verantwoordelijkheid binnen de schoolgemeenschap. In hun laatste jaar begeleiden zij een leerling uit groep 11 of 12 in hun ontwikkeling en worden daartoe opgeleid.
In al deze ontwikkelingsfasen kunnen studenten vooruitgang boeken in hun studie of meer tijd aan een bepaald onderwerp besteden, in lijn met hun persoonlijke leerplan. Om welzijns- en sociale redenen blijven studenten te allen tijde binnen hun leeftijdsgenotengroep.
De laatste jaren volgen studenten het IB Diplomaprogramma. Wat verder wordt uitgelegd als je naar beneden scrollt. Het programma is internationaal bekend en erkend door vele universiteiten over de hele wereld, waaronder Britse, Amerikaanse en Nederlandse universiteiten. Hoewel het programma niet op Montessori gebaseerd is, is de GMCSA van mening dat er een grote mate van overlap bestaat tussen de onderwijsvisie van het IB-programma, de voorbereiding die nodig is voor het universitaire leven en het worden van een wereldburger zoals Montessori dat voor ogen had.
Het International Baccalaureate (IB)-diploma
Wat de middelbare schooljaren betreft, en vooral het onderwijs na 16 jaar, heeft onze school zich aangesloten bij het International Baccalaureate Diploma-programma, dat zich voorbereidt op toelating tot universiteiten en hogescholen. Vakken die op dit niveau worden bestudeerd, zijn gelijkwaardig aan de Advanced Placement (AP) voorbereidingscursussen en examens voor toelating tot Amerikaanse universiteiten. Evenzo is het IB-diploma gelijkwaardig aan de Britse zesde klas A-niveauroute. Studenten die in Nederland willen studeren, kunnen hun IB-kwalificatie gebruiken. De gestandaardiseerde IB-testresultaten worden namelijk door universiteiten wereldwijd erkend.
Bovendien biedt de onderwijsfilosofie van de tweejarige IB-opleiding niet alleen een uitstekende voorbereiding op de universiteit, maar sluit de focus op persoonlijke en academische prestaties, persoonlijke ontwikkeling en gemeenschapszin aan bij de drie veelomvattende Montessori-doelen. De drie kernelementen waarop het IB-programma is gebouwd zijn:
Theory of Knowledge, die studenten zelfbewust maakt als denkers en hen aanmoedigt om verder kennis te maken met de complexiteit van kennis. Het verbindt wetenschappelijke vakgebieden en overstijgt deze.
Het uitgebreide essay is een zelfgestuurd onderzoek, dat uitmondt in een artikel van 4.000 woorden (10 pagina’s).
Creativity, Activity & Service, waarin studenten een project voltooien dat verband houdt met deze drie concepten. Studenten selecteren een serviceproject dat gunstig moet zijn voor de gemeenschap en hen een leermogelijkheid moet bieden.
Ontdek het programma: https://www.ibo.org/digital-toolkit/videos/
Pre-School
Secondary-School
Pre-University
0 - 3
3 - 6
6 - 9
9 - 12
12 - 15
15 - 18